In de Leusderkrant van 3 augustus 2016 stond een uitgebreid interview met Lydia Vroegindeweij over Orgelkids. Anneke Verhoeven schreef het artikel en gaf ons toestemming het hier ook te plaatsen.
Met de klas een pijporgel bouwen
Je maakt een leskist open, slaat met de hele klas aan het knutselen – en binnen het uur heb je een heus pijporgel waar ook nog muziek uit komt. Orgelkids Nederland ontwierp het zogeheten Doe-orgel. Een Leusdense uitvinding, die hard op weg is de wereld te veroveren.
Als kind raakte theoloog en kerkmusicus Lydia Vroegindeweij gefascineerd door de koning van de muziekinstrumenten. ,,Een buurjongetje speelde orgel, en zo’n toevalligheid kan dan bepalend zijn.” Mede vanuit haar onderwijs-achtergrond besloot ze dat het bijzondere project dat zij aan het cultuurlandschap wilde toevoegen iets met orgels en kinderen moest zijn. Via een fonds op naam bij het Prins Bernhard Cultuurfonds ging ze projecten stimuleren die kinderen willen laten kennismaken met orgels. De website was blijkbaar zo aanstekelijk dat al snel de vraag kwam: kunnen we niet eens oefenen op een écht orgel? ,,Zo’n groot ding, dat lag natuurlijk niet eenvoudig, je hebt dan een aanhanger nodig. Maar organist Wim Janssen kwam met een oplossing: hij maakte voor de lol een prototype.” Lydia kon ook haar expertise als educatief uitgever inzetten: ze ontwierp een leskist, met duidelijke instructiekaarten (die vertellen waar bij voorbeeld de windlade en de magazijnbalg voor dienen, om maar een paar vaktermen te noemen) en een lesbrief. En zo kunnen kinderen op school zelf een pijporgel bouwen, dat echt bespeeld kan worden.
SCHAPENLEER Schoolkinderen die het geluk hebben dat ze met het Doe-orgel aan de slag mogen, gaan (onder leiding van een organist of orgelbouwer) het raamwerk in elkaar zetten, pijpen en toetsen sorteren. In drie kwartier kan het instrument worden opgebouwd. In die tijd hebben de kinderen een mechanisch pijporgel neergezet, met (voor de kenners: ) twee registers, twee octaven. Er is echt ‘orgelmateriaal’ voor gebruikt: eikenhout, schapenleer. ,,Er komt geen plastic aan te pas, en er hoeven ook geen schroeven in. En natuurlijk kunnen ze er na afloop op spelen.” Een aha-Erlebnis. ,,Kinderen zien op zo’n moment hoe groots een pijporgel is en hoeveel geluid je eruit kunt krijgen.” De negatieve nestgeur (orgel is kerk, kerk is psalmgezang, psalmgezong is saai) speelt niet meer zo’n rol. Dat betekent tegelijkertijd dat kinderen in het gewone leven nauwelijks met een orgel in aanraking komen. Vroegindeweij: ,,Een orgel zit nu eenmaal opgesloten in een kerk, en met de ontkerkelijking wordt ook de trefkans, dat ze een orgel tegenkomen dus, steeds kleiner.”
De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat lang niet alle organisten even gemotiveerd zijn om het instrument onder de aandacht van een breder publiek te brengen. Ze zitten soms als koninkjes hoog bovenin de kerk hun territorium te bewaken, veilig uit het zicht van de luisteraar. Op dat punt is nog een wereld te winnen, erkent Lydia. Ze heeft alweer een nieuw idee bedacht om het orgel, ook voor kinderen, toegankelijker te maken. ,,Mijn oproep aan de organisten: wees gastvrij.” Als het aan haar ligt, komt er volgend jaar een ‘Dag van gastvrijheid aan de speeltafel.’
Ze heeft niet de ambitie dat kinderen die met het Doe-orgel hebben kennisgemaakt, allemaal organist of orgelbouwer moeten worden. ,,Want de week erna komt bij wijze van spreken de brandweer op school. Waar het me wel om gaat is dat die kinderen, als ze eenmaal groot zijn en in het bestuur zitten van een stichting voor het behoud van cultureel erfgoed, nog eens terugdenken aan deze ervaring.”
VS EN CANADA Het project is inmiddels ook over de grenzen al een succes. Sterker nog: in Vlaanderen was de vraag zo groot dat er een extra exemplaar van het Doe-orgel is gemaakt voor onze zuiderburen, met als standplaats Antwerpen. ,,In Vlaanderen is het orgelonderwijs niet zo verschraald als hier”, zegt Lydia Vroegindeweij met een zweem van jaloezie. Ook Duitsland weet Orgelkids inmiddels te vinden. De faam van het project is ook al in de VS doorgedrongen: Met hulp van een subsidie van $ 5.000 is dit voorjaar Orgelkids USA van start gegaan. Dankzij…een 7-jarige organist die de website van Orgelkids op internet had gezien en besloot niet te rusten voordat het project ook in Amerika van de grond zou komen.
,,We gaan nu voor twee Doe-orgels in de VS, en zijn inmiddels bezig met Canada.” En ook dichter bij huis heeft Lydia nog plannen, want als je kinderen voor het orgel wilt interesseren moet je ook zorgen dat er orgelbouwers worden opgeleid. ,,We willen stagiaires in de houtbewerking erbij betrekken, zodat bij voorbeeld mbo’ers bij een orgelbouwer stage kunnen lopen. Nu zijn we aan het uitzoeken of we daar Europese subsidie voor kunnen krijgen.” Gezien de successen tot nu toe kunnen we veilig aannemen dat ook dat gaat lukken.
Voor meer informatie kan worden gekeken op www.orgelkids.nl.